« Stoplichten in de NagtzaamstraatPosthuis in Cremerstraat gesloopt »

Instrumenten in het Teylers museum

Link: http://www.teylersmuseum.eu/index.php?item=65&lang=nl

1037. Toestel van Melde, door Koenig, 1876
Hoe maak je trillingen zichtbaar die sneller bewegen dan ons oog kan waarnemen? Dat kan wanneer een trilling als een lopende golf door een draad heen beweegt en dan aan het uiteinde wordt teruggekaatst. Er ontstaan dan in de draad 'staande golven' met plekken waarbij de heengaande golven de teruggekaatste uitdoven (de 'knopen'), of juist versterken lde 'buiken'). Dit apparaat, bedacht door Franz Emil Melde (1832-1901), werkt volgens dit principe. Een wit koord wordt met één kant bevestigd aan een stemvork, terwijl de andere kant wordt vastgemaakt aan een knop waarmee de snaarspanning kan worden geregeld. Als de stemvork trilt, ontstaat een staande golf. Door een zwarte doek achter de opstelling te houden wordt de witte draad goed zichtbaar.

1050. Chemische Harmonica, naar Schaffgotsch, door Logeman & Funckler, 1860-1862
De akoestiek, of geluidsleer, was een vakgebied dat pas in het midden van de 19e- eeuw tot wasdom kwam. Deze 'Chemische Harmonica' behoort tot de eerste van een grote groep akoestische instrumenten die in de tweede helft van de 19e-eeuw door Teylers Museum is aangeschaft. Het apparaat bestaat uit een viertal 'zingende vlammen', een methode voor geluidsproductie bedacht in 1857 door de Duitser Schaffgotsch uit Berlijn. Het apparaat is gemaakt door de Haarlemse firma Logeman & Funckler. De werking is eenvoudig: lucht die door een gasvlam in trilling is gebracht, wordt door een nauwe buis geleid. Hierdoor gaat de lucht in de buis resoneren, waardoor een toon wordt voortgebracht die afhangt van de maten van de buis. Kortom, de vlam gaat 'zingen'.

1072. Afleeskijker, door Van Waveren, 1913
Instrumenten die voor wetenschappelljk onderzoek zijn gebruikt, worden geregeld 'gekannibaliseerd', ofwel voor andere doeleinden aangepast. Deze grote afleeskijker is daar een mooi voorbeeld van. In 1866 had de toen juist bij Teylers Museum benoemde fysicus Van der Willigen een precisietelescoop aangeschaft, een 'universaal-instrument' van Repsold. Hij had dat apparaat nodig voor zijn nieuw ontworpen observatorium in de tuin van het museum. Om zijn astronomische klok te controleren waren metingen vereist aan hoog overkomende sterren. In 1911 was Repsold's instrument niet meer in gebruik en is het optisch gedeelte voor andere doeleinden benut. De grootste lens (het objectief) bleef over, en is toen gebruikt door Jilles van Waveren, de oudste zoon van Teyler's amanuensis, om er deze afleeskijker mee te maken.

1073. Universaal-instrument, door Repsold, 1866, verbouwd tot monochromator in 1911
In de tuin van Teylers Museum is in 1867 een klein observatorium gebouwd, onder meer voor aardmagnetische metingen. Om het astronomisch uurwerk te kunnen controleren is er toen een precisie-telescoop (een zogenoemd 'universaal-instrument') aangeschaft voor metingen aan hoog overkomende sterren. In 1911 stond dit instrument werkloos, terwijl de zojuist door Nobelprijswinnaar Hendrik Anton Lorentz aangestelde n¡euwe medewerker Jhr. Gerhard Joan Elias (1879-1951) graag onderzoek wilde doen naar het in 1896 gevonden Zeeman-effect. Bij dit verschijnsel gaat het om een wisselwerking tussen een lichtbundel en een sterk magneetveld. Op voorstel van Elias is het universaal-instrument daarop verbouwd tot 'monochromator', een apparaat dat uitsluitend licht van één bepaalde kleur doorlaat. Aan het onderstel en de telescoopbuizen is het oorspronkelijke instrument nog goed te herkennen.

1076. Glaspers voor polarisatie, ca. 1870
In 1810 ontdekte Étienne Malus het verschijnsel polarisatie: het feit dat licht in sommige omstandigheden in slechts één vlak trilt (loodrecht op de voortplantingsrichting). Teylers Museum bezit diverse apparaten waarmee zo'n volledig gepolariseerde lichtbundel kan worden gemaakt. Wanneer gepolariseerd licht door een doorzichtig stuk materiaal valt en op een scherm wordt geprojecteerd, dan kunnen de spann¡ngen in het materiaal als gekleurde vlekken zichtbaar worden gemaakt. Deze glaspers, die een kracht gelijk aan een gewicht van 200 kg kan uitoefenen, is bedoeld om deze veranderde brekingseigenschappen van licht in glas dat onder druk staat, te demonstreren. De pers is ook geschikt voor andere doorzichtige
stoffen.

1078. Tolschijven naar Benham en Bidwell, door Newton en Giltay, eind 19e eeuw
Een spectaculaire ontdekk¡ng uit 1894 ging over de receptoren van het oog. In een receptor wordt licht omgezet in een elektrisch signaaltje. De mens heeft daar twee soorten van: de staafjes en de kegeltjes. In het gezaghebbende tijdschrift Nature werd voor het eerst beschreven hoe bij de beeldvorming in het mensel¡jk oog de receptoren met een zekere traagheid op veranderingen reageren. Dit setje van zeven schijven met zwart-witte patronen zijn bedoeld om dit effect te demonstreren. Als de schijven onder een felle lamp snel rondgedraaid worden zal het oog de zwarte lijnen als heldere gekleurde banden zien, waarbij de kleurschakerin9en afhangen van de rotatiesnelheid. Dit wordt veroorzaakt door overstimulatie van de receptoren.

Pagina's: · 2

  26.07.2009 20:06:57, van Sjoerd   , 1507 woorden, Categoriën lijst: Verhaal ,

Nog geen reactie(s)